Samen onderweg
Er is een uitspraak, die een Zuid-Afrikaans gezegde zou zijn: Alleen ga je (misschien) sneller, maar samen kom je verder. Een uitspraak over reizen. In je eentje gaat dat wellicht het meest efficiënt, omdat je niet op elkaar hoeft te wachten. Maar met een reisgenoot brengt het je verder; je kunt elkaar helpen, aansporen of bemoedigen. Ik dacht aan de reizen die ik zelf gemaakt heb naar o.a. een aantal landen in Afrika en die – inderdaad – in m'n eentje nooit geweest zouden zijn zoals ze nu waren. Maar ik moet ook denken aan geloven en gemeente-zijn.

Geloven wordt wel een weg genoemd. Voor mijzelf gaat dat zeker op. Het eerste deel van m’n leven was het lijntje met kerk en geloof erg dun. Een jaar of 20 geleden kwam daar verandering in. Als ik terugkijk, besef ik hoe ontzettend veel ik geleerd heb. En het is vooral dankzij alle medereizigers dat het geworden is tot een weg die me veel verder heeft gebracht dan ik ooit had kunnen bedenken.

Ook om me heen zie ik het: mannen en vrouwen, jong en oud, die op weg zijn gegaan. Mensen die stappen in geloof hebben gemaakt, vaak juist ook door het samen optrekken met anderen. Ik denk aan deelnemers van (belijdenis)catechese of kringen, aan ambtsdragers, jonge stellen in de huwelijksvoorbereiding en bijvoorbeeld aan mensen die het kerkbezoek weer hebben opgepakt.

Als u zelf ook wel eens meegedaan hebt aan iets als een gespreksgroep, begrijpt u wellicht wat ik bedoel. Dat je ook als gelovige samen verder komt dan alleen. Je deelt verhalen, kunt je optrekken aan elkaars inzichten, spreekt over vragen, angsten en verlangens. Een weg van leren en groeien, die we samen mogen gaan.

Meditatie 22.7.25

Het doet me denken aan het schilderij Moving van de Zuid-Afrikaanse kunstenaar Portchie. In vrolijke kleuren schildert hij gewone mensen en vaak eenvoudige taferelen. Hier vrouwen en mannen op de fiets, beeld voor door het leven gaan, ieder met zijn eigen kleur en fleur. Mensen onderweg. Apart, maar ook samen.

Ze fietsen allemaal door hetzelfde landschap. Maar ieder heeft ook zijn of haar eigen verhaal achterop. Bagage opgedaan in het leven. Niet allemaal even vrolijk; bij sommigen lijkt het angst of verschrikking. Dat verhaal draagt een ieder zelf mee. En om vooruit te komen moet er zelf getrapt worden.

Maar dat je samen onderweg bent, kan tot troost zijn. Dan merk je dat je dezelfde kant op gaat, dat er een richting is. Ze fietsen van dorp naar dorp, waar steeds een kerktoren aan de horizon te zien is. Plekken wellicht om tot rust, op adem te komen.

Een mooi beeld voor hoe we als gelovigen onderweg mogen zijn. Wie de weg niet alleen gaat, trekt op met medereizigers. Ieder met zijn of haar eigen verhaal, maar samen onderweg kun je elkaar bemoedigen en de hobbels die je op je pad treft overwinnen. Met elkaar speurend naar tekenen van geloof, hoop en liefde, het goede nieuws van nieuw leven met elkaar delend. Zo worden we ons (weer) indachtig dat ons leven een richting heeft, dat we onderweg zijn naar God die de toekomst opent voor wie dat geschenk – door geloof in Jezus Christus – wil ontvangen.

Wie leeft alsof het leven doelloos is, is als een zwerver die maar wat sjokt en sjouwt. Dat kan in je ziel gaan zitten. Je kunt verdwaald raken, je angstig voelen en als een berg tegen de dingen opzien. Is er ergens vandaan nog hulp te verwachten?

Ja, zeggen we elkaar aan, bij het begin van elke kerkdienst. Onze hulp is in de Naam van de Heer. Wie vandaaruit leeft, is een pelgrim. Pelgrims komen dezelfde dingen tegen in het leven als wie doolt, maar zij weten van een richting. En een pelgrim zorgt ervoor dat hij de weg niet teveel alleen gaat. Zodat een reisgenoot hem bij struikelen overeind kan helpen, en in angstige momenten kan troosten met de boodschap dat er Iemand is die hem behoedt. Samen kom je verder.

Laten we deze zomer als een deel van het kerkenwerk stil ligt, elkaar blijven opzoeken (en de thuisblijvers niet vergeten!). Misschien wordt er wel letterlijk gefietst, maar wandelend of op de thee kan het ook... een stukje onthaasting, op verhaal komen. De tijd nemen om te spreken over de weg die we gaan in het leven, welke bagage we meedragen en over wat ons de kracht geeft om onze fiets in beweging te houden. Verhalen over moeiten en verlangens, over geloof en bronnen van hoop.

En samen onderweg hebben we misschien dan wel zo'n zelfde ervaring als de Emmaüsgangers in Lukas 24, dat de Heer bij ons is op de weg die we gaan.

Ga met God en Hij zal met je zijn,

jou nabij op al je wegen

met zijn raad en troost en zegen.

Ga met God en Hij zal met je zijn.

(Lied 416)

ds. Amanda Spies